Eind mei 1953, met de watersnoodramp in Zeeland nog vers in het geheugen, viert Zoutkamp feest. Tijdens de pinksterdagen is het vissersdorp de plek waar het gebeurt, vanuit de wijde omtrek komen mensen op de festiviteiten af.
Er speelt een bandje uit Grijpskerk, het ensemble Edelweis; drie jonge mannen in smetteloos witte outfits, en twee jonge dames in strakke lijfjes met lange wijde rokken. Het repertoire bestaat uit liedjes van onze bevrijders, Amerikaanse en Canadese traditionals in het Engels en het Frans. Eén van de zangers met gitaar is Piet Sennema, mijn vader.
Vlak voor het podium zit een groepje meiden uit het nabijgelegen Ulrum. De vriendinnen behoren allen tot de gereformeerd vrijgemaakte kerk. Op deze pinkstermaandag zijn ze (stiekem?) naar Zoutkamp gefietst om kennis te maken met de aardse geneugten.
Nadat de band uitgespeeld is spreekt één van hen de muzikanten aan. Ze had genoten van hun optreden. Het waren geen psalmen en gezangen, maar op een andere manier zuiver en verheffend. Ze liep met de zanger/gitarist van de band naar de dijk. Met hem kijkt ze uit over de Lauwerszee. Ze heet Janny Valkema, mijn moeder.
...........................
Om half zeven 's ochtends zitten ze op de fiets, vier jongens uit de vierde klas. Het is 1972. Meester Renkema had verteld over de natuur, over vogels vooral. Kinderen mochten hun naam bij een waargenomen vogelsoort schrijven. Er ontstond een wedstrijd in de klas; wie ziet de meeste soorten? Volgens de onderwijzer was de kans op bijzondere waarnemingen in het nieuwe land, over de dijk bij Zoutkamp, heel groot.
Aangekomen bij de dijk, met aan de andere kant van
de weg scheefgegroeide iepen, bestijgt het viertal de
dijk. Ze zien een enorme vlakte begroeid met riet en
ruigte. Op die dag zagen we inderdaad vogels die we
nooit hadden gezien; kiekendief, baardmannetje,
karekiet, rietgors… het was overweldigend.
Ik was overweldigd.
Tussen beide verhalen, in de periode tussen 1962 en 1969, voltrekt zich een zeer ingrijpende verandering, vooral voor het dorp Zoutkamp. Na de watersnoodramp van Zeeland en de kerstvloed, datzelfde jaar, wordt de roep om inpoldering van de Lauwerszee luider. De voor- en tegenstanders lijken verdeeld tussen Friesland en Groningen. Friesland wil veiligheid (Lauwerssé moat ticht!) Groningen en natuurbeschermers willen behoud van open zee en een vissershaven (Zoutkamp).
De voorstanders van inpoldering trokken aan het langste eind.
De Lauwerszee verandert in landbouwgrond, recreatiegebied, militair
oefenterrein en natuurgebied. Het ontwerp voor het monument ter nagedachtenis aan de inpoldering van de
Lauwerszee is gebaseerd op een vermenging van persoonlijke motieven en de veranderingen die het dorp
Zoutkamp, noodgedwongen heeft ondergaan.
Het monument toont het verleden in de vorm van een kotter.
De boeg van het schip steekt uit de dijk die eeuwenlang Zoutkamp beschermde tegen het water. Het is aan de
beschouwer om uit te maken of de kotter oprijst dan wel wegzinkt in de aarde. In de vroege middeleeuwen
werden vorsten soms begraven in een schip, bedekt door een laag grond, vergezeld van veel kostbaarheden.
Dit schip (de ZK 69) herbergt eveneens een kostbare schat; in het ruim zien we de ingepolderde zee, 50 jaar na dato. De projectie toont een uitgestrekt, waterrijk natuurgebied vanuit de lucht.
In vogelvlucht zien we het gebied van Zoutkamp naar de haven van Lauwersoog en weer terug. De beelden lijken afkomstig van een nieuwe bewoner in het Lauwersmeer; de zeearend. Lang voordat de zeearend zich in het natuurgebied vestigde was het al in het dorp aanwezig in de vorm van een hotel.
De zeearend zien we levensgroot op de voorplecht van het schip, als een icoon van het natuurgebied,
uitkijkend over het dorp.
Het levert een beeld op waarbij heden en verleden van Zoutkamp hand in hand gaan. Het is niet alleen een
monument wat herinnert aan de afsluiting van de zee, maar ook een monument wat de
veerkracht van een gemeenschap toont.
De totstandkoming van dit kunstwerk was dan ook nooit gelukt zonder de ondersteuning van plaatselijke ondernemers, het Visserijmuseum Zoutkamp, Dorpsbelangen Zoutkamp en Stichting Vlaggetjesdag Zoutkamp.
is een beeld van Gert Sennema.
Het is gemaakt in cortenstaal
door Karel Kuperus Metaalservice.
De zeearend is gegoten in brons
door Ateliers M.T.W.
De dronebeelden zijn gemaakt
door Henk Enting van
Waterschap Noorderzijlvest.
Fotografie:
Willem van der Velde
Webrealisatie:
Oostindiën Webdiensten
De realisatie van het monument is financieel mogelijk gemaakt door:
Heiploeg International BV | Hendrikson Shrimping BV | Internationale Garnalen Producentenorganisatie
Rousant | Nederlandse Bond van Garnalen Kust-Vissers | Stichting Heidema
Medendorp Fonds | Provincie Groningen | Gemeente Het Hogeland | Stuurgroep Lauwersmeer
(Provincie Groningen, Provincie Friesland, Gemeente Het Hogeland en Gemeente Nordeastfryslan)
Loket Leefbaarheid | J.B. Scholtenfonds | Waterschap Noorderzijlvest